Striktere betalingstermijnen,minder oninbare vorderingen
Nederlandse ondernemers doen – veel meer dan Europese bedrijven – er alles aan om te zorgen dat hun rekeningen op tijd worden betaald. Zo hanteren zij niet alleen een veel kortere betalingstermijn – 26,2 versus 38 dagen in West-Europa – ook de periode dat rekeningen uitstaan, is met 34,3 dagen opvallend lager dan het Europese gemiddelde van 51,4 dagen.
Veel Nederlandse bedrijven verwachten dat zij in het komende halfjaar zelfs nog sterker moeten inzetten op een actief kredietbeheer om betalingsrisico’s te beperken. Dat blijkt uit de elfde editie van de Betalingsbarometer van Atradius.
Eén op de drie rekeningen te laat betaald
Het onderzoek van Atradius heeft betrekking op 2.886 bedrijven in veertien landen in West-Europa. Uit het onderzoek blijkt dat gemiddeld bijna een op de drie zakelijke rekeningen – veelal door een gebrek aan liquiditeiten – te laat wordt betaald. Zo doet een vijfde van de bedrijven die hun betalingsverplichtingen niet op tijd nakomen hier langer dan twee maanden over. Griekenland is hierbij onbetwist koploper. Zo wordt in dit land de betalingstermijn met gemiddeld 90 dagen overschreden en zijn er twee keer zo veel oninbare binnenlandse vorderingen (7,4 procent) dan in de rest van Europa. In Griekenland is bij ruim 41,1 procent facturen sprake van te late betaling. Het land wordt hierbij op de voet gevolgd door Italië (39,5 procent) en Ierland (38,2 procent).
Nederlandse bedrijven beperken kredietrisico’s
Nederlandse bedrijven slagen er beter in dan hun Europese collega’s om hun handelspartners bij de les houden. Als gevolg van veel striktere betalingstermijnen komen zowel binnen- als buitenlandse klanten hun verplichtingen sneller na. Ook is minder vaak sprake van oninbare vorderingen. Om klanten over te halen hun facturen sneller te betalen, hanteren grote bedrijven de meest soepele kredietvoorwaarden en geven zij het vaakst korting op vroege betaling. Gemiddeld wordt 77,8 procent van de binnenlandse en 64,8 procent van de buitenlandse vervallen facturen binnen 30 dagen na de vervaldatum betaald. In Europa geldt dit voor 68,3 procent van de binnenlandse en 69,4 procent van de buitenlandse rekeningen. Nederlandse bedrijven hanteren iets langere betalingstermijnen voor buitenlandse dan binnenlandse klanten (gemiddeld 31,7 versus 25,4 dagen). Ook zijn zij minder vaak bereid handelskrediet te verlenen aan afnemers uit eigen land.
Liquiditeitsproblemen meest genoemde reden van late betaling
Liquiditeitsproblemen worden het vaakst genoemd als reden waarom betalingen uitblijven. Bijna tweederde van de bedrijven geeft dit als belangrijkste oorzaak op voor binnenlandse en ruim de helft voor buitenlandse betalingsachterstanden. De financiële sector en kleinere bedrijven hebben het meest te kampen met de negatieve gevolgen hiervan. Ook zijn complexe betalingsprocedures en tekortkomingen in banksystemen veelgenoemde redenen voor achterstallige betalingen. Nederlandse bedrijven geven aan dat het bij gemiddeld 2,2 procent van hun binnenlandse rekeningen om oninbare vorderingen gaat, waarmee zij beter scoren dan het Europese gemiddeld van 3,5 procent. Gemiddeld 2,4 procent van de buitenlandse facturen is eveneens oninbaar, in vergelijking met een gemiddelde van 2,7 procent in West-Europa.
Bewaken van kredietrisico’s
Drie op de vijf Nederlandse bedrijven verwachten niet dat de kredietrisico’s in de komende zes maanden verminderen. Ruim een kwart van de ondernemers verwacht dat deze risico’s juist toenemen. Voor meer dan de helft van de ondernemingen – met name de financiële dienstverlening en kleinere bedrijven – is dit aanleiding om actiever op credit management in te zetten. Zo is de helft van plan vaker een beroep te doen op een incassobureau en wil 46,5 procent vaker de kredietwaardigheid van afnemers nagaan. “Veel landen in de eurozone hebben te maken met minder economische groei en een stijging van het aantal faillissementen. Dit betekent dat het betalingsgedrag van bedrijven verder verslechtert. Zo wordt zelfs Duitsland, onze belangrijkste handelspartner, dit jaar geconfronteerd met een forse groeivertraging en neemt het aantal faillissementen naar verwachting met vijf procent toe. Door haar open economie en het dalende consumentenvertrouwen wordt Nederland relatief hard getroffen. Nederlandse bedrijven doen er dan ook verstandig aan deze risico’s actief te blijven bewaken”, benadrukt Nicki Albers, Risk Director Atradius Nederland.
Bron: Brisk Magazine