Het Nederlandse beslag- en executierecht moet op de schop!
Schuldeisers krijgen te vaak hun geld niet, schuldenaren ontspringen de dans en de deurwaarder heeft te weinig middelen hier iets tegen te kunnen doen. De incassoprocedure is ingewikkeld, duur en te traag. Meer vanzelfsprekend wordt het om rekeningen niet te betalen, waardoor het risico van eigenrichting ontstaat. Het vertrouwen in de rechtsstaat komt op de tocht te staan. Het huidige beslag- en executierecht is verouderd, ontoereikend en inefficiënt en moet daarom snel op de schop. Dat is de dringende oproep aan de wetgever van totaal 70 wetenschappers, rechters, advocaten, deurwaarders en vertegenwoordigers van het sociale domein. Zij doen aanbevelingen voor hervorming in het nieuwe compendium ‘Beslag en executierecht’ van Sdu uitgevers.
Beslag- en executierecht
Het vertrouwen dat de samenleving stelt in recht en rechtspraak kan alleen dan bestaan als die samenleving weet en ervaart dat de beslissing wordt geëerbiedigd en kan worden afgedwongen als dat niet gebeurt. Er is veel belangstelling voor het recht op een eerlijk proces. Maar wat heeft een eerlijk proces voor zin als de uitspraak van een rechter wordt genegeerd en dan niet kan worden afgedwongen?
Het beslag- en executierecht is de gereedschapskist waarmee dit moet gebeuren. Het is de smeerolie van de maatschappij die noodzakelijk is om alle maatschappelijke functies te laten functioneren. Het zorgt er voor dat afspraken worden nagekomen en is de kernfactor van economisch vertrouwen, ontwikkeling en groei.
Maar deze gereedschapskist is hopeloos verouderd, ontoereikend en onnodig kostbaar. De maatschappelijke schade is enorm: rekeningen worden bewust niet betaald, het recht is een papieren werkelijkheid en de schuldenlast gaat over de kop.
Evenwichtige regeling
Het compendium werd vandaag gepresenteerd in De Glazen Zaal in Den Haag in aanwezigheid van de auteurs en ambtenaren van het Ministerie van Justitie en Veiligheid.
Minister Dekker kondigde aan het beslag- en executierecht te herzien. Reden voor initiatiefnemers Sjef van der Putten (gerechtsdeurwaarder en partner/directeur van Vurich) en Marc van Zanten (advocaat-partner bij CMS en raadsheer-plaatsvervanger bij het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch) om samen met tientallen andere specialisten vanuit diverse disciplines hun visie te geven en oplossingen aan te dragen. Zij pleiten voor een regeling die evenwichtig en werkbaar is ten behoeve van de gerechtvaardigde belangen van alle betrokkenen zoals schuldeisers en schuldenaren. Hun oplossingen dragen bij aan een meer effectieve rechtvaardige rechtshandhaving in Nederland.
Deze zomer is het concept wetsvoorstel Herziening Beslag- en Executierecht in consultatie gegeven, maar dit wetsvoorstel biedt onvoldoende soelaas om de huidige problematiek op te lossen. Het plan is zelfs verkeerd. Van herziening is geen sprake en de grote knelpunten blijven bestaan.
Effectieve incassoprocedure
Rechtshandhaving begint bij rechtspraak. De rechtspraak moet kwalitatief, toegankelijk en betaalbaar zijn. De realiteit is dat de rechtspraak overbelast is geraakt, hoge kosten met zich meebrengt en in veel gevallen traag functioneert.
Als iemand een televisie koopt, maar die niet betaalt, dan moet je naar de rechter. De rechter luistert naar de standpunten van partijen en beslecht het geschil door het nemen van een beslissing. Dit werkt in Nederland fantastisch. Maar in 84% van de procedures bij de kantonrechter is er helemaal geen geschil: de factuur wordt gewoon niet betaald. Ook in die gevallen moet je naar de rechter. Dit is totaal overbodig en het is vreselijk duur. In veel gevallen zijn de kosten zelfs hoger dan de factuur waar het om gaat. Al ruim 90 jaar bestaat deze kritiek op deze praktijk maar er is nog niets veranderd. In het Compendium wordt een eenvoudige en goedkope methode voorgesteld om bij erkende en niet-betwiste geldvorderingen een executoriale titel te verkrijgen. De tussenkomst van de rechter in deze zaken is overbodig, belastend en zeer kostenverhogend. De voorgestelde procedure zorgt er voor dat rechtspraak wordt ontlast, kosten voor schuldenaren worden voorkomen en schuldeisers hun facturen betaald krijgen.
Verplichte opgave van vermogen
Wanneer de schuldeiser van de rechter een vordering krijgt toegewezen, is de procedure te ingewikkeld en duur om deze vordering betaald te krijgen.
Daarnaast zou de schuldenaar verplicht moeten worden om opgave te doen van zijn vermogen. Doet hij dat niet, dan moet hij in hechtenis kunnen worden genomen. Ook kan de procedure versneld worden door middel van digitale betekening van (buiten)gerechtelijke stukken en door executieverkoop- en aankondiging via internet mogelijk te maken.
Meer bevoegdheden voor deurwaarders
Ook heeft de deurwaarder onvoldoende mogelijkheden om zijn werk goed te kunnen doen. Hij verricht zijn taak nu geblinddoekt en met zijn handen op zijn rug gebonden. Schuldeisers staan in de kou en hebben het nakijken. Gevolg is dat vonnissen niet worden nagekomen en dat veel beslagen geen enkele zin hebben. De maatschappelijke schade is enorm. Opvallend is dat de positie van de overheidsdeurwaarder, zoals de belastingdeurwaarder, veel beter geregeld is dan de deurwaarder die voor burgers en bedrijven moet opkomen. Uitbreiding van de bevoegdheden voor deurwaarders is noodzakelijk. In het compendium worden diverse oplossingen genoemd:
- Zet een centraal bankregister op met daarin informatie over bankrelaties van de schuldenaar en geeft de deurwaarder toegang;
- Maak het de deurwaarder mogelijk om beslagen goederen onderhands te verkopen;
- Geef de deurwaarder dezelfde bevoegdheden als de belastingdeurwaarder;
- Bied de deurwaarder de mogelijkheid om zich rechtstreeks tot de rechter te wenden in alle zaken die het beslag- en executierecht aangaan.
Informatie
Informatievoorziening bleek de rode draad door het compendium. Dat is ook niet zo gek. Voor beslaglegging is informatie nodig over het vermogen van een schuldenaar. Of het gebrek daaraan.
Nederland is een van de weinige landen in Europa waar de overheid de gerechtsdeurwaarder deze informatie onthoudt. De deurwaarder wordt door de overheid geblinddoekt. Een voorbeeld: in het plan van de minister staat dat de deurwaarder eindelijk aan een bank mag vragen of een veroordeelde schuldenaar er bankiert. Dit is een pluspunt. Maar nog altijd mag de deurwaarder voor beslaglegging niet weten of er ook saldo op de rekening staat. Het is letterlijk een gokje op welk moment het beslag gelegd moet worden. In veel landen kan de gerechtsdeurwaarder via een centraal banksysteem precies zien bij welke bank de veroordeelde zijn geld heeft staan. Een beslag treft dan altijd doel. Er wordt nooit meer een zinloos beslag gelegd.
Hoe meer informatie de deurwaarder heeft, hoe effectiever de tenuitvoerlegging kan worden ingericht. Niet alleen zorgt dit er voor dat de uitspraak van een rechter wordt nagekomen, ook is het niet meer mogelijk om vermogen te verstoppen. Tenslotte is het ook duidelijk wanneer er geen vermogen is, zodat die schuldenaren kunnen worden beschermd.
Moderniseer de wet
De wet gaat niet mee met de tijd. Er staat wel omschreven hoe je beslag legt op een aandeel aan toonder en meer van dit soort ouderwetse dingen. Het geld zit inmiddels in websites, ideeën, merknamen, bitcoins… het vertegenwoordigt grote waarde maar hoe je het in beslag moet nemen of hoe je het moet verkopen is niet geregeld. Het lukt wel, maar alles wordt geperst in het bestaande systeem met een zogenaamde vangnetbepaling. Dit met alle onzekerheden van dien. Professor Biemans komt met het voorstel om een artikel toe te voegen als er een nieuw vermogensbestand bij komt. Zo leg je beslag, zo verkoop je het. Het kan niet eenvoudiger.
Politiek aan zet
De praktijk en de wetenschap hebben een groot aantal ideeën voor een effectieve en efficiënte beslaglegging gebundeld. Het is nu aan de minister en de politiek om het beslag- en executierecht aan te passen aan de wensen en vereisten van de huidige tijd. Initiatiefnemers van het compendium Van der Putten en Van Zanten onderhouden al contacten met het ministerie en bespreken kort na de publicatie van het compendium de inhoud met de betrokken wetgevingsjuristen.
Voorbeelden
Het compendium bevat 57 bijdragen, ruim 1.000 pagina’s en tal van voorbeelden en oplossingen. Voor dit persbericht zijn er een paar uitgelicht. Op verzoek geven we graag nadere toelichting of informatie.
De gerechtsdeurwaarder
In Nederland zijn de machtsmiddelen van de overheid om naleving van rechterlijke uitspraken af te dwingen, gedelegeerd aan de gerechtsdeurwaarder. Hij is belast met rechtshandhaving en -bescherming. De gerechtsdeurwaarder doet in naam van de overheid feitelijk voor de veroordeelde schuldenaar wat hij zelf al had moeten doen. Het probleem is nu dat de overheid de deurwaarder een verouderde gereedschapskist geeft om zijn werk te doen. Hij is geblinddoekt, zijn handen op de rug gebonden.
Wat is het probleem met het beslag- en executierecht?
Het beslag- en executierecht moet effectieve dwangmiddelen bieden. Het komt namelijk pas om de hoek kijken als een schuldenaar zich niet aan de afspraken houdt. Hij is opgeroepen voor en veroordeeld door de rechter die de zaak inhoudelijk heeft bekeken en alle omstandigheden heeft afgewogen. Hij is het die het vonnis van de rechter naast zich neerlegt en tot nakoming wordt bevolen. Hij is het die het bevel van de deurwaarder negeert en niet voldoet aan zijn plicht om informatie aan te leveren. Pas dan is de schuldeiser aangewezen op de middelen van het beslag- en executierecht die de overheid hem ter beschikking stelt. Het beslag- en executierecht is niet meegegaan met de tijd. Het functioneert traag, is vreselijk kostbaar en niet effectief.
Schuldenproblematiek
Er is terecht veel aandacht voor de schuldenproblematiek. De voorstellen die in het compendium gedaan worden, helpen nu juist om dit tegen te gaan:
- Het is niet meer nodig om een kostbare gerechtelijke procedure op te starten
- Omdat er informatie is, worden er geen zinloze beslagen meer gelegd
- Dit bespaart ontzettend veel geld
- Schuldenaren die geen vermogen hebben, worden beschermd
Als iemand niet kan betalen, dan mag die worden beschermd. Het heeft dan ook geen zin om beslag te leggen. Maar, hoe weet de deurwaarder of iemand niet kan betalen of dat gewoon niet wil? Daar is informatie voor nodig. En die informatie moet nu van de veroordeelde schuldenaar zelf komen. Het is een illusie om te denken dat die informatie vrijwillig wordt aangedragen. Helemaal omdat er in Nederland in tegenstelling tot de ons omringende landen er geen straf op staat als je niet de waarheid vertelt.
In de meeste landen krijgt de gerechtsdeurwaarder alle informatie van de overheid om zijn taak effectief uit te voeren. Ook in Nederland moet de gerechtsdeurwaarder deze informatie zelf kunnen achterhalen. Dat is heel eenvoudig mogelijk maar de minister staat het niet toe. In het compendium wordt voorgesteld dat de schuldenaar verplicht wordt opgave te doen van zijn vermogen. Doet hij dat niet dan moet hij in hechtenis kunnen worden genomen.
Bankbeslag
Een goed idee van de minister is dat de gerechtsdeurwaarder aan een bank kan vragen of de veroordeelde er een rekening aanhoudt. Schuldeisers in andere Europese landen kunnen dit al lang en dit wordt nu eindelijk mogelijk voor Nederlandse schuldeisers.
Het probleem is, dat de gerechtsdeurwaarder niet kan zien of er ook saldo op de bankrekening staat. Zo weet hij ook met deze informatie nog steeds niet of het zin heeft om beslag te leggen. Er zijn in Nederland zo’n 70 bekende en minder bekende banken. De veroordeelde kan dus geld rond blijven pompen. Het is letterlijk een gokje op welk moment het beslag gelegd moet worden. In veel landen kan de gerechtsdeurwaarder via een centraal banksysteem precies zien bij welke bank de veroordeelde zijn geld heeft staan. Een beslag treft dan altijd doel. Er wordt nooit meer een zinloos beslag gelegd. Auteurs pleiten dan ook voor de invoering van een bankregister waarin deurwaarders informatie over de bankrelaties van de schuldenaren kunnen vinden
De minister vindt ook dat er een beslagvrij bedrag op een bankrekening moet staan. Dat is ook logisch: iedereen heeft geld nodig om van te leven. Er wordt echter een fout gemaakt. In het plan van de minister staat dat dit beslagvrije bedrag bestaat op iedere bankrekening die iemand heeft. Als de veroordeelde schuldenaar dus bij drie banken een bankrekening opent, dan kan hij drie keer een beslagvrij bedrag hebben. Hij bouwt dan vermogen op terwijl dat is bestemd voor zijn schuldeisers.
En de privacy dan?
Dit heeft niets te maken met privacy. Als de deurwaarder beslag leg dan moet de bank vertellen of de veroordeelde er een rekening heeft en wat het saldo op die rekening is. Het probleem is dat we dan 250 euro en vier weken verder zijn, ook als er niets op de bankrekening stond.
Het is ook belangrijk om te beseffen dat de gerechtsdeurwaarder een bestuursorgaan is met een overheidstaak. Hij moet er voor zorgen dat de uitspraak van een rechter wordt nagekomen. Dit doet hij door de dingen te doen die de veroordeelde zelf had moeten doen, zoals het overmaken van een deel van het salaris of het verkopen van spullen om zo tot betaling over te gaan. Om dit goed te doen, heeft de deurwaarder informatie nodig. Informatie die nu alleen van de veroordeelde kan komen. Het is niet zo gek dat die informatie dus niet beschikbaar komt.
De minister stuurt de deurwaarder nu de straat op, maar doet hem eerst een blinddoek op en handboeien om. Hij mag niets weten, hij mag niets doen. Het gevolg is dat vonnissen niet worden nagekomen, maar ook dat er veel beslagen worden gelegd die helemaal geen zin hebben. De maatschappelijke schade is enorm. Schuldeisers krijgen hun recht niet, de kosten voor veroordeelden schuldenaren stapelen maar op. Het vertrouwen in de rechtstaat staat op de tocht.
Voorstel opgevolgd
Een voorbeeld van een ouderwetse bepaling die door de minister gelukkig wordt aangepakt, is de manier waarop in beslag genomen spullen mogen worden verkocht. Die spullen moeten nu tijdens een veiling worden verkocht en die veiling moet worden aangekondigd met dure advertenties in een krant die niemand leest en met aanplakbiljetten in de gemeente. Dat is niet meer van deze tijd. Iedereen koopt op internet. De minister wil het mogelijk maken dat de spullen via internet verkocht mogen worden.
Wat jammer is, is dat de minister het niet meteen mogelijk maakt dat de deurwaarder de spullen zelf verkoopt, buiten een veiling om. Vaak wegen de kosten van de veiling en het transport niet op tegen de verkoopwaarde. Ik heb een keer een piano in een kraakwagen moeten gooien. Tegenover het pand zat een handel in tweedehands muziekinstrumenten. Had ik de piano niet beter daar kunnen verkopen? Dat mag dus niet van de minister.
Goed idee
Er kan pas beslag gelegd worden op een auto, als de deurwaarder die auto ziet. Hierdoor ontstaat er een kat en muisspelletje en de deurwaarder moet op speurtocht. De minister heeft nu bedacht dat het beslag ook gelegd kan worden via het kentekenregister. Het beslag wordt dan ook meteen geregistreerd zodat het niet meer mogelijk is om het kenteken over te dragen.
Voorbeeld: beslag bij een derde
Als er een vermoeden is dat iemand waardevolle spullen heeft, zoals een boot, dan mag de deurwaarder het slot forceren van de ruimte waar we verwachten dat die boot zich bevindt. De veroordeelde is niet gek. Hij stalt zijn boot niet in zijn eigen garage, maar in de garage van zijn buurman. Daar mag de deurwaarder niet bij. De deurwaarder mag wel beslag leggen bij de buurman, maar als die buurman zegt dat hij de boot nog nooit heeft gezien dan kan hij niets. Zo is het wel heel makkelijk om spullen te verstoppen. Een auteur doet het voorstel dat het ook mogelijk is om het slot van een andere partij te forceren als de rechter daar toestemming voor geeft.
Voorbeeld: ontruiming
Als iemand een woning of bedrijfspand van de rechter moet verlaten, maar dit niet doet, dan ontruimt de gerechtsdeurwaarder het pand. Dit is heel ingrijpend. Hier is gek genoeg helemaal niets voor geregeld. De deurwaarder moet alle spullen volgens de wet op straat zeggen: kasten, tafels, maar ook fotoalbums of een bedrijfsinventaris. Dit moeten we toch niet willen. Vroeger werden deze spullen door de gemeente opgehaald maar die weigeren dit nog te doen. En de deurwaarder mag niets doen. Doet hij dit toch dan loopt hij juist het risico dat hij de schade moet betalen.
Los dit op. Maak duidelijk wat er moet gebeuren met de spullen die op straat komen te staan en wie dat moet doen. Maak het ook mogelijk dat de deurwaarder de spullen afgeeft aan het Leger des Heils of de Voedselbank. Er wordt nu veel ten onrechte weggegooid.
Adresfraude
De gerechtsdeurwaarder verricht ruim 2,5 miljoen huisbezoeken per jaar. Hij ziet hoe mensen leven en wat er achter de voordeur gebeurt. Gebruik deze kennis voor vroegsignalering en het bestrijden van adresfraude en andere criminele activiteiten.
Verbod beslaglegging
De minister wil de mogelijkheid beslag te leggen beperken tot uitsluitend die gevallen waarin vaststaat dat de kosten uit de opbrengst van het beslagen goed kunnen worden voldaan. Dat is in strijd met de huidige rechtspraak. Er kunnen namelijk gevallen zijn waarin een beslaglegging ertoe leidt dat een schuldenaar op een andere wijze toch overgaat tot betaling aan de schuldeiser om executieverkoop te voorkomen. Zo kan er beslag gelegd zijn op een woning van de schuldenaar die belast is met een hypotheek van ene bank. Het kan zijn dat de waarde van de woning lager is dan de vordering van de bank. Executie zal dan waarschijnlijk niets opleveren. Maar de dreiging van verkoop van de woning kan ertoe leiden dat derden de vordering van de schuldeiser gaan betalen voor de schuldenaar. Of de schuldenaar spreekt vermogensbestanddelen aan die de schuldeiser niet kent waarmee hij dan de vordering betaalt om verkoop van de woning te verkopen. Hiermee is niets mis. De minister beperkt met de voorgestelde bepaling naar de mening van Van der Putten en Van Zanten ten onrechte (en in strijd met de rechtspraak) de mogelijkheden van een schuldeiser te komen tot een geslaagde executie van een veroordelend vonnis.
Overheidsvorderingen
De overheid is de grootste schuldeiser van Nederland. Waar de gewone schuldeisers met een verouderde gereedschapskist moeten werken, heeft de overheid voor zichzelf de beste middelen gereserveerd. Het is niet goed in te zien waarom alleen de overheid van deze middelen gebruik mag maken.
In Nederland hebben we onpartijdige en onafhankelijke rechtspraak. Dat vinden we belangrijk. Een onafhankelijke rechter beoordeelt wie er gelijk heeft, ook als de overheid een van de partijen is. Als een vonnis moet worden afgedwongen, dan schakelen we daar de deurwaarder voor in. Ook de deurwaarder is onpartijdig en onafhankelijk. Dat moet ook. Maar als de overheid de schuldeiser is, dan mag er ineens meer. Er wordt dan geen onafhankelijke gerechtsdeurwaarder maar een eigen overheidsdeurwaarder op pad gestuurd. Hij haalt het geld op voor zijn eigen werkgever. Ben je dan wel onafhankelijk? Diverse auteurs menen dat dit niet per se het geval is en dat die werkzaamheden door de onafhankelijke gerechtsdeurwaarder moeten worden uitgevoerd.
Bron: Syncasso